Door de krachten te bundelen hoopt de sectorfederatie dat België tot de Europese top kan behoren in deze sterke groeimarkt.
Veelbelovend
PricewaterhouseCoopers schatte de mogelijke marktwaarde van de drone-industrie in 2016 op 127 miljard dollar. Hiermee becijferde het alle bedrijfsdiensten en –activiteiten die een hoog potentieel hebben om in de toekomst overgenomen te worden door dronetoepassingen. Duizelingwekkende cijfers die Agoria, de federatie van Belgische technologiebedrijven, aanzette om een drone-ecosysteem uit te bouwen.
Nieuwe werkgroep
De federatie streeft ernaar om met behulp van haar knowhow en netwerk de samenwerking tussen ondernemingen en technologie te vergemakkelijken. Om dit te doen focust ze zich op 4 thema’s: planet, people, society en industry. Tot hiertoe verenigde het volgende markten:
- Building & Urban development
- Energy
- Financial Services
- Food & Beverage, Healthcare
- Transport & Mobility
- Machine Construction & Production systems
- Sports & Entertainment Events.
Nu voegt ze dus ook de ‘Drone Industry Group’ toe.
Wat betekent dit concreet?
Agoria wil via deze nieuwe werkgroep de verbinding helpen maken tussen de drone-waardeketen en de waardeketen van bedrijven en overheden. Dat doet ze door bedrijven aan te dragen die gespecialiseerd zijn in het produceren of invoeren van drones of dronetechnologie, soft-en hardware, bedrijven die drone-gecapteerde data en data lakes verwerken en een groeiend aantal innovatieve dronetoepassingen gebruiken.
Het doel hierbij is tweeledig. Enerzijds wil ze op korte termijn de drone-economie ondersteunen en verder uitbouwen. Anderzijds wil ze op middellange en lange termijn werk maken van een sterke en industrievriendelijke Europese wetgeving.
Interesse ?
De Drone Industry Group is in september van start gegaan maar verwelkomt nog nieuwe leden. Daarnaast informeert Agoria ook graag iedereen die enkel op de hoogte gehouden wil worden van belangrijke ontwikkelingen in het drone-ecosysteem.
Bron: Agoria
30.08.2017
Drones: een groot Europees plan voor 2019
In de bedrijven van morgen is een belangrijke rol weggelegd voor drones. De Europese Commissie stelde daarom een aantal richtlijnen op voor hun gebruik in het lagere luchtruim.
Sinds april 2016 is een pilootbrevet voor drones in België verplicht. Wie ze wil gebruiken voor professionele doeleinden, moet bijkomende opleidingen volgen en examens afleggen. Onlangs nog werden er middelen vrijgemaakt om de uitwisseling van elektronische gegevens tussen de piloten en het DGLV te vergemakkelijken (Directoraat-generaal Luchtvaart). Dankzij het nieuwe informaticasysteem verlopen de procedures voor de toekenning van een brevet ook sneller. Dat systeem maakt deel uit van een ambitieus Europees kader.
“De commerciële toepassingen van drones zijn eindeloos. Ons doel is altijd geweest om een veilig werkkader te creëren met het bestaande koninklijk besluit. We hebben ook altijd gezegd dat we mee moeten evolueren met de technologie en met de sterke groei van de sector.”
François Bellot, Belgisch federaal minister van Mobiliteit
Waarom precies?
Drones worden niet alleen in de vrije tijd gebruikt. Ze worden ook ingezet in de industrie en het beroepsleven. Denk bijvoorbeeld maar aan de levering van diensten in stedelijke gebieden, het verzamelen van gegevens, het inspecteren van infrastructuur, de landbouw, de transport- en logistieke sector. We verwachten dat de markt voor dronediensten zal groeien en schatten een waarde tussen 10 miljard euro tegen 2035 en 127 miljard euro voor de komende jaren. Tegen 2020 zal de dronemarkt met 42% groeien voor de precisielandbouw, om maar een voorbeeld te noemen.
U-Space boven Europa
De Europese Commissie gaf het bedrijf SESAR de opdracht om een Europees systeem te ontwikkelen voor het luchtverkeersbeheer van drones. Op 16 juni stelde het bedrijf U-Space voor, een blauwdruk van het gebruik van drones in het lagere luchtruim. Het plan heeft betrekking op het luchtruim tot 150 meter hoogte en is een eerste stap naar de ontwikkeling van een dienstenmarkt voor drones in de Europese Unie.
“Drones zorgen voor een schat aan innovatie, nieuwe diensten voor burgers, nieuwe bedrijfsmodellen en een enorm economisch groeipotentieel. De Europese Unie moet dus mee op de kar springen en tegen 2019 moet er een veilige én operationele Europese dienstenmarkt voor drones zijn. De EU moet een kader op wereldschaal uitwerken waardoor deze markt verder kan bloeien en al haar potentieel ten dienste kan stellen van de grote sectoren van de economie.”
Violeta Bulc, Europees Commissaris voor Transport.
Het “U-Space”-plan telt drie belangrijke pijlers:
- de veiligheid op lage hoogte moet gelijk zijn aan die van de klassieke luchtvaart met een piloot aan boord;
- het systeem verschaft informatie waarmee sterk geautomatiseerde of autonome drones veilig kunnen vliegen en obstakels of botsingen kunnen vermijden;
- in 2019 zal het mogelijk zijn om drones en hun gebruikers te registreren, elektronisch te identificeren en op te sporen via geolokalisatie.
11.09.2024
Ontdek onze leasingopties en laat u verleiden door onze topdeal
U wilt graag een bedrijfswagen huren, maar weet niet goed welke mogelijkheden er zijn? Hieronder zetten we alle leasingopties voor u op een rij. Zo ontdekt u welk type leasing het best bij u past. Bovendien kunt u tot 30 november 2024 een topdeal sluiten met onze partner Arval voor de nieuwe elektrische BMW iX1 eDrive20 of BMW i4 Gran Coupé tegen een zeer voordelige all-inprijs.
Financiële of operationele leasing?
Zowel voor financiële als operationele leasing geldt dezelfde logica: u betaalt huur aan een leasingmaatschappij voor een bepaalde periode, meestal vier of vijf jaar. Bij beide formules is de leasingmaatschappij de wettelijke eigenaar van de wagen. Maar u hebt wel een aankoopoptie aan het eind van het contract. Bij een financiële leasing is het bedrag van de aankoopoptie bekend van bij het begin van het contract. Bij een operationele leasing wordt het bedrag aan het eind van het contract bepaald op basis van de marktwaarde van de wagen.
De formule ‘inclusief diensten’
Dat is een van de grote voordelen van een operationele tegenover een financiële leasing: taksen, (omnium)verzekering, onderhoud en kosten (behalve brandstof) zijn inbegrepen in de huurprijs. Bovendien krijgt u extra diensten zoals zomer- en winterbanden, pechverhelping en een vervangwagen. U betaalt een bepaald bedrag per maand en hoeft verder niets meer te regelen. Kortom, u rijdt zonder zorgen: alles is betaald, behalve de brandstof.
Fiscale gevolgen?
De aankoopoptie heeft fiscale gevolgen: bij een financiële leasing schrijft u het investeringsgoed af en brengt u de interesten fiscaal in. De wagen staat op uw balans geboekt als actief. Bij een operationele leasing brengt u de volledige huurprijs in als kosten. In beide gevallen zijn er fiscale aftrekbeperkingen en moet u mogelijk rekening houden met het beroepsmatige gebruik van de wagen. Ook niet onbelangrijk: de btw wordt maandelijks betaald op de huurprijs en dus niet in één keer. Zo houdt u uw kredietlijnen vrij voor andere investeringen.
Laat u verleiden door onze topdeal
Tot 30 november 2024 hebben we een uitzonderlijk aanbod: u kunt de nieuwe elektrische BMW iX1 eDrive20 of BMW i4 Gran Coupé operationeel leasen tegen een voordelige en exclusieve prijs, inclusief alle diensten.
Benieuwd? U vindt alle details op deze pagina
Arval Belgium nv, Ikaroslaan 99, 1930 Zaventem – RPR Brussel – BTW BE 0436.781.102, nevenverzekeringstussenpersoon geregistreerd bij de FSMA onder het nummer 047238 A. Onder voorbehoud van aanvaarding van uw aanvraag.
22.06.2023
Maritiem transport: focus op de impact van decarbonisatie en energietransitie
Eind mei brachten BNP Paribas Fortis en de Universiteit Antwerpen een groep experts samen om de vele uitdagingen rond de decarbonisatie van de maritieme transportsector te bespreken. Wat moet je onthouden?
De leerstoel BNP Paribas Fortis Transport, Logistiek en Havens werd twaalf jaar geleden opgericht en is verbonden aan de Universiteit Antwerpen. Hij voert uitgebreid onderzoek naar concrete en innoverende manieren om een steeds veerkrachtiger – en duurzamer – maritiem ecosysteem te creëren.
Na het succes van de eerste twee grote evenementen in 2017 en 2019 besliste de leerstoel om dit jaar opnieuw een samenkomst te organiseren. Zo kwamen op 25 mei 2023 een reeks specialisten en actoren uit de haven- en maritieme sector samen in de gebouwen van BNP Paribas Fortis in Antwerpen. Daar bespraken ze de impact van decarbonisatie op het maritieme ecosysteem.
Dit zijn hun voornaamste conclusies ...
1 – We moeten een versnelling hoger schakelen
Maritiem transport is momenteel de meest koolstofzuinige vorm van commercieel vervoer, op basis van de CO₂-uitstoot per ton en per kilometer. Maar het kan beter.
Tot dusver gaven de spelers in de sector de voorkeur aan snelle winsten. Bijvoorbeeld door de schroeven van schepen te wijzigen en hun snelheid aan te passen. Maar op 25 mei kwamen de experts overeen dat het nu tijd is om te experimenteren met nieuwe brandstoffen en technologieën en te evolueren naar (bijna) emissievrije brandstoffen. Het tempo van de verandering versnelt, maar er is nog geen mirakeloplossing. De kosten (en risico's) zijn enorm.
2 – Eén en slechts één internationale regelgeving graag!
Het reglementaire kader is complex en evolueert voortdurend.
Tegen 2030 verbindt de International Maritime Organization (IMO), die afhankelijk is van de VN, zich ertoe de koolstofproductie van alle schepen met 40% te verminderen ten opzichte van 2008. En met 70% tegen 2050.
De Europese Unie verbindt zich ertoe om de uitstoot van broeikasgassen in het maritiem vervoer tegen 2030 met minstens 55% te verminderen, in vergelijking met 1990. Tegen 2024 zal een emissiehandelssysteem (ETS) van toepassing zijn op alle schepen van meer dan 5.000 bruto ton van en naar de havens van de EU.
Kortom: de dingen bewegen in de goede richting. Maar volgens de spelers in de sector zijn er heel wat regionale en supraregionale programma's die parallel blijven lopen. En dat brengt een administratieve en financiële overlast met zich mee.
Op 25 mei bereikten alle stakeholders een akkoord over twee punten: ten eerste is een uniek internationaal beleid noodzakelijk, aangezien het om een wereldwijde sector gaat. En ten tweede moeten spelers die de regels niet naleven, worden bestraft.
3 – De transitie naar koolstofneutraliteit
De investering die nodig is voor de bouw van nieuwe, groenere schepen wordt geschat op 5.000 miljard dollar tegen 2050. De kosten voor de modernisering van de bestaande vloot zijn nog niet bekend, maar zullen niet min zijn ... Bovendien zal de investering om de haveninfrastructuur te vernieuwen gigantisch zijn.
4 – Grote onzekerheid over de beste brandstof en/of technologie
Wat wordt de brandstof of technologie van de toekomst? De meningen lopen uiteen.
Veel brandstofsoorten met een lage uitstoot zullen waarschijnlijk enige tijd naast elkaar blijven bestaan. Elektriciteit zal alleen worden gebruikt op kustschepen, veerboten en bepaalde trailers. Grote schepen zullen vloeibaar aardgas (LNG) of vloeibaar petroleumgas (LPG) gebruiken, of methanol, ammoniak en misschien zelfs biobrandstoffen.
Het transport over lange afstanden zal in eerste instantie afhangen van de zware brandstof, eventueel met koolstofafvang en -opslag. Waterstof heeft potentieel, maar de dichtheid, opslag en manipulatie ervan roepen vragen op. Ook wind, zonne-energie en kernenergie blijven niet achter.
Maar het echte probleem vandaag is dat als het aantal schepen dat met schonere brandstoffen kan werken, effectief toeneemt, die brandstoffen nog niet voldoende internationaal beschikbaar zijn. Het aanbod ligt met andere woorden beduidend lager dan de vraag.
5 – Banken spelen een sleutelrol
Banken spelen een sleutelrol in de financiering van de energietransitie. In 2019 hebben elf financiële instellingen – voornamelijk Europese instellingen, waaronder de groep BNP Paribas – de Poseidon-principes ingevoerd, die de overgang naar koolstofarme shipping ondersteunen. Dankzij dat wereldwijde kader kan de koolstofintensiteit van bankleningen voor de maritieme sector worden gemeten en is die voor iedereen bekend. Vandaag zijn er 24 ondertekenaars, waaronder Japanse financiële instellingen. En dat is goed nieuws.
Graag meer info?
De presentaties, video's en foto's van het evenement van 25 mei 2023 zijn beschikbaar op deze pagina.
10.02.2021
Wat met de mobiliteit na de coronacrisis?
De gezondheids- en economische crisis heeft alle sectoren in al hun aspecten getroffen. Onder meer de mobiliteit, zowel voor particulieren als voor bedrijven.
De mobiliteit evolueert elke dag. En deze evolutie is met de coronacrisis in een hogere versnelling geraakt. Heel wat mensen werden geïsoleerd en telewerken werd de norm in een groot deel van de wereld.
De coronacrisis heeft de bezorgdheden op het vlak van transport veranderd
Vanaf nu verplaatsen we ons niet langer op dezelfde manier. En onze bekommernissen zijn ook niet meer dezelfde. Volgens een rapport van BCG Consulting zijn de fysieke afstand en de netheid van het voertuig het belangrijkst voor respectievelijk 41 en 39% van de respondenten wanneer ze een transportmiddel moeten kiezen. Er is ook het fenomeen van de pre- en postcoronamobiliteit, aangezien de respondenten nu meer dan vóór de crisis geneigd zijn om te voet te gaan of hun eigen fiets, scooter of wagen te gebruiken.
Duurzame en alternatieve mobiliteit in de komende jaren
Het is niet zo dat de mobiliteit gewacht heeft op de coronacrisis om te evolueren. Het aandeel milieuvriendelijke voertuigen zal blijven toenemen, steeds volgens dezelfde verhouding. Tegen 2035 zullen de elektrische auto's meer dan 35% uitmaken van het aandeel nieuwe voertuigen en zal elektriciteit wereldwijd de overheersende aandrijfkracht zijn. Het aandeel zelfrijdende wagens zal ook toenemen, met 10% voertuigen van niveau 4 (die zich bijvoorbeeld zonder bestuurder kunnen verplaatsen) en 65% van niveau 2 of hoger.
Mobiliteit op maat van de werknemers, vanaf nu
De toekomst van de mobiliteit speelt ook vandaag al, met name voor de ondernemingen en de zelfstandigen. De noodzaak aan alternatieve verplaatsingsmiddelen is niet alleen voelbaar bij particulieren maar ook bij werknemers. Er is geen enkel vervoermiddel meer dat bij elke situatie past, maar we hebben wel een waaier aan mogelijkheden, afhankelijk van de behoefte van het moment. Elektrische wagens, hybride wagens, elektrische fietsen, een abonnement voor het openbaar vervoer, autodelen, leasing ... Deze middelen kunnen verschillende vormen aannemen en bijvoorbeeld worden gecombineerd in een mobiliteitskaart. Voordelig voor de medewerkers en managers van een onderneming, maar ook voor de samenleving zelf dankzij de kostenbesparing, de optimalisatie en het beheer van het wagenpark.
Ontdek onze mobiliteitsoplossingen op maat